start magazine

S T O P

Plotsklaps kruist een elegant geklede man in pak, vest, das en hoed ons pad. Puur toeval. Een echte gentleman. De 47-jarige Lars-Johan Wilhelm Brummer vertelt ons met een gelukzalige glimlach dat hij deze auto kent. Als je al het andere vergeet en je alleen focust op de man voor de oldtimer waan je je inderdaad in lang vervlogen tijden, in de dagen van weleer. De vriendelijke Fin vertelt dat zijn grootvader Hans Wilhelm deze Mercedes-Benz 200 lang Cabriolet B in 1937 had gekocht van de eerste eigenaar, een Duitse diplomaat die in Helsinki werkte. De cabriolet was ook de huwelijksauto van zijn ouders en bleef in het bezit van de familie tot voorjaar 1957. Zijn vader, Henrik Wilhelm, had ook in deze tweezitter leren rijden (de familie had op dat moment ook een Mercedes-Benz 320 Pullman, bouwjaar 1938, en een Mercedes-Benz 540 K Cabriolet B, bouwjaar 1939). In de zomer van 1952 maakt hij een heel bijzondere reis met de 'Lilla Mercedesen' (Zweeds voor 'kleine Mercedes'; de Brummer-familie komt van oorsprong uit Zweden). Een reis waarover zijn vader nog lang enthousiast vertelde, omdat hiermee een levenslange droom in vervulling ging. De Brummers noemden hun cabriolet liefkozend kleine Mercedes. Van alle auto's werd de W 21 het meest gereden. Hij deed dienst als dagelijkse auto van de Brummers, die zowel in als buiten Helsinki

huizen en landgoederen bezaten. Waar bracht de reis zijn vader heen in 1952? “Door Finland, Zweden, Denemarken, Duitsland, Zwitserland, over de Alpen naar la 'Bella Italia': Milaan, Venetië, Genua, Florence en helemaal tot in Rome – en natuurlijk weer terug naar Helsinki”, vertelt Lars-Johan Wilhelm Brummer, die zijn ogen niet van de auto kan afhouden. “Mijn vader, op dat moment 26 jaar oud en student chemie, was een paar weken onderweg en legde meer dan 10.000 kilometer af. Toen hij weer thuiskwam, stormde mijn grootvader naar buiten om de auto binnenstebuiten te keren. Hij verwelkomde zijn zoon pas nadat hij met eigen ogen had gezien dat zijn geliefde auto de rally door half Europa zonder krassen en deuken had doorstaan. Onze familie haalt maar wat graag herinneringen op aan dit avontuur.” Voor het kantoorgebouw van Enso-Gutzeit, dat in 1962 werd voltooid, is de auto bijna één met Aalto's functionele architectuur. Heel even lijkt het alsof de auto speciaal voor dit gebouw is gebouwd. Of andersom. Terug naar het heden. Enkele voorbijgangers zijn zichtbaar onder de indruk van onze prachtige auto. Ze lachen, nemen foto's en vragen hoe oud hij is, wat voor motor hij heeft, wie de eigenaar is. Alvar Aalto's koele functionalisme en de historische beauty van Mercedes- Benz: een perfecte symbiose. We keren terug naar de jaren '70 en rijden in de richting van een historisch monument: de Finlandia-hal met zijn gevel in wit marmer valt al van verre op. Dat heeft het

gebouw dus alvast gemeen met de cabriolet. Maar er is meer: het marmer bleek niet bestand tegen de weersomstandigheden van Helsinki en moest stukje voor stukje worden vervangen. Ook hier een parallel met de auto: de natuurlijke materialen in de Cabriolet B – hout op het dashboard, de portierpanelen en de zijruitframes, het leder op de stoelen, het paardenhaar in de zittingen en de softtop – werden stuk voor stuk vervangen tijdens de restauratie. De Finlandia-hal, die werd opgeknapt voor de 100ste verjaardag van de Finse Republiek, schittert in de zon: indrukwekkend, tijdloos. Het gebouw ziet eruit alsof het onlangs is gebouwd. Dat kunnen we niet zeggen van de auto. Die doet geen enkele poging zijn leeftijd te verbergen. Tot slot toont Lars-Johan Wilhelm Brummer de toenmalige gezinsauto nog aan zijn zoon Nikolas. Ze nemen plaats op de comfortabele lederen stoelen. Moeilijk te zeggen wiens ogen het meest glimmen.

L A R S - J O H A N W I L H E L M B R U M M E R V O O R D E T O E N M A L I G E G E Z I N S A U T O

76